Over de mijnterril van Waterschei werd een schitterend maar uiteraard zeer zwaar parcours uitgetekend.
De bedoeling was dat de lopers vooral zouden genieten van het unieke landschap, daarom ook dat ze verschillende rondes dienden te lopen.
Over 11 km was Daisy Vrijens de snelste vrouw. Zij finishte na 1h10’01”.
Kurt Claesen en Michael Laarhoven waren elkaar waard over 22 km. Kurt haalde de eindstreep na 1h53’21”, Michael na 1h54’46”.
Ghislain Dops was met 4h19’40” de snelste Atlander over de langste afstand, 45 km.
Bart Winkel 4h44’57” en Els Aelbers 5h59’28” wisten de finish te bereiken.
Gust Lathouwers diende op te geven.